Vanmorgen ben ik in volle gang met m’n fiets op een tegenligger geklapt. Bijzonder hoe zo iets gaat. Als het ware gaat zo’n gebeurtenis als een film aan je voorbij. Bizar hoeveel gedachten door je hoofd schieten in zo’n korte tijd. Vermoedelijk heeft hele gebeuren niet langer geduurd dan enkele minuten.
Je ziet jezelf in slowmotion op de ander klappen. Vervolgens spring je in een split second van je fiets en beland je met twee voeten op de grond, terwijl je fiets onder je met een gigantische klap op de grond valt.
Versteld van mijn sierlijke boog en geweldige landing sta ik even als aan de grond genageld. Achter mij hoor ik een mannenstem vragen: ’You’re oke guys?’. Het moet de man met de bakfiets zijn die ik zojuist ben gepasseerd. Ben ik inderdaad oké, hoor ik me denken. Even zie ik mijzelf op de grond liggen nadat ik van een stoepje was gevallen en m’n enkel verzwikt had. Het duurde toen ook even voor ik wist hoe het met mij ging.
Terug naar de scene. Voor mij zie ik mijn tegenligger opkrabbelen. Hij ziet er aangeslagen uit. Mijn vraag of ik niks mankeer parkeer ik even. Hoe gaat het met hem. Ondertussen schiet nog even de gedachte door mijn hoofd dat wij nummers moeten uitwisselen, maar ik wil ook geen zeikerd zijn. Gelukkig zijn wij er beiden met de schrik afgekomen.
Arme man, hij voelt zich duidelijk schuldig. Hij stamelt iets in de trant van dat hij de bocht te krap heeft genomen, maar dat dit een leermoment is.
Terwijl ik weer op mijn fietst stap aai ik hem in de gauwigheid nog even over zijn schouder. ‘Maakt niet uit joh, het is goed gegaan’.
Als ik later op mijn afspraak vertel dat ik zo juist ben aangereden krijg ik de vraag: ‘Hoe laat ben je aangereden*?’
Altijd fijn zo’n Eindhovenaar met Amsterdamse humor. -by Bregje
*In Brabant betekent ‘aanrijden’ niet dat je iemand aanrijdt, maar dat je ergens vertrekt, gaat rijden er dus zo aankomt.